In 1513 kocht Thomas Bohier, de toenmalige schatbewaarder onder de Franse koningen Karel VIII, Lodewijk XII en Frans I, een oude middeleeuwse burcht. Hij liet deze, op één toren na, volledig slopen en bouwde een waar sprookjeskasteel, dat volledig door de zorgen van zijn vrouw werd ontworpen en opgetrokken. Toen Bohier in 1524 stierf en twee jaar later ook zijn vrouw, liet Frans I de boekhouding van zijn schatbewaarder uitpluizen. Hieruit bleek dat Bohier enorme sommen verschuldigd was aan de schatkist. De zoon Bohier kon niets anders doen dan het kasteel van zijn vader aan de Franse staat te schenken.
Hendrik II, zoon en opvolger van Frans I, gaf het in 1547 als geschenk aan zijn minnares Diane de Poitiers, een legendarische schoonheid en tevens weduwe. Diane was 48 jaar oud en Hendrik II was er 28. De wettige echtgenote van Hendrik II was Catharina de Medici, een Italiaanse nicht van Diane en van de toenmalige paus. In een voortdurende atmosfeer van rivaliteit legde elk van de beide vrouwen een tuin aan. Diane koos voor een tuin met een doolhof van ligusterhaagjes. Catharina liet een tuin met bolle boompjes en veelkleurige bloemen aanleggen.
In 1559 wordt Hendrik II in een tornooi dodelijk gekwetst. De jonge en jaloerse weduwe, Catharina, verjaagde Diane de Poitiers van Chenonceau en schonk haar in ruil het veel kleinere kasteel van Chaumont. Diane vond dit kasteel weinig aantrekkelijk en verhuisde na enkele dagen naar het kasteel van Anet, waar ze 7 jaar later stierf.
Zowel een bezoek aan de tuinen als aan het kasteel is een streling voor het oog. De kamers zijn mooi heringericht. De 60 meter lange galerij is indrukwekkend. In een wassenbeeldenmuseum (Musée de Cire) zie je de bewogen geschiedenis van het kasteel van Chenonceau uitgebeeld.
Meer informatie: www.chenonceau.com